
“Mijn vrienden willen niet altijd naar buiten”
Arsenii (9) vluchtte samen met zijn moeder en oma van Oekraïne naar Nederland. Sinds een jaar worden ze opgevangen op een passagiersschip in de Nijmeegse Waalhaven. Tot vorige zomer organiseerde kindwerker Rik van Bindkracht10 activiteiten voor Oekraïense kinderen uit de stad. Arsenii mistte er bijna geen een. “Buiten voetballen vond ik het allerleukste.”
“Via de telefoon vroeg ik aan Rik wanneer hij weer langs zou komen”
Vanaf de boot even de kade aflopen, de weg oversteken en dan ben je op Arsenii’s favoriete plek: het voetbalveldje. “De eerste keer dat ik hier kwam, was met Rik. Mijn moeder en oma waren toen mee om te kijken wat we precies gingen doen. Daarna mocht ik ook alleen naar de activiteiten. “Breng je hem wel weer terug?”, riep mijn oma dan altijd naar Rik. Dat deed hij natuurlijk elke keer.”
Handen en voeten
In het begin verliep het contact tussen Rik en Arsenii met handen, voeten en via de vertaalfunctie van Google. Arsenii: “Via de telefoon vroeg ik bijvoorbeeld aan Rik wanneer hij weer langs zou komen en of we dan weer naar het voetbalveldje zouden gaan.” Later wist Arsenii uit zijn hoofd wanneer Rik er was om met de kinderen te spelen. “Dan moest ik na school nog anderhalf uur wachten, en dan kwam hij ons ophalen.”
Even rust voor ouders
Al snel nadat er in Nijmegen opvangcentra voor Oekraïense vluchtelingen werden geopend, startte Bindkracht10 met de kinderactiviteiten. Drie dagen in de week ging Rik met de kinderen op stap. Om de kinderen wat afleiding te bieden, maar ook om hun ouders een beetje te ontzorgen. Zo heeft Tatiana, de moeder van Arsenii, dat ook ervaren. “Arsenii is een actief jongetje”, vertelt ze. “Hij gaat in Nederland naar school en volgt daarna nog online lessen van zijn juf in Oekraïne. Als die erop zitten, heeft hij nog steeds bergen energie over. Dan wil Arsenii gitaarspelen, boksen of naar buiten. Ik had al snel na onze aankomst in Nederland een baan gevonden. De middagen waarop Arsenii met Rik meeging, gebruikte ik om bij te komen: eventjes helemaal niets.”

EVEN RUST MET KINDERWERK
Toen Rusland in februari Oekraïne binnenviel sloegen veel mensen op de vlucht. Mannen mochten het land niet verlaten dus het waren vooral vrouwen en kinderen. Ze waren vaak uitgeput en kwamen terecht in grote noodopvangen. Bindkracht10 coördineerde de vrijwilligers op die locaties. Om de ouders wat rust te gunnen organiseerden we ook kinderactiviteiten.

“Gaan wij dan nu nog even samen voetballen?”
Zware periode
Het maakte Tatiana blij als Arsenii daarna thuiskwam, boordevol verhalen over wat hij had gedaan. Een lang stuk gewandeld langs de Waal of een van de Oekraïense trefbalspellen gespeeld, die de kinderen aan Rik hadden uitgelegd. “Als moeder is het natuurlijk fijn om je kind zo te zien”, benadrukt Tatiana. “De periode voorafgaand aan onze vlucht uit Oekraïne, was zwaar voor ons allemaal. We sliepen in de kelder en het constante geluid van de luchtalarmen maakte Arsenii doodsbang. Hij at amper. Hier in Nederland is hij blij. Hij stelt nog maar weinig vragen over Oekraïne. Maar over één ding is hij duidelijk: hij wil pas weer terug als de luchtalarmen daar niet meer afgaan.”
Zorgeloos spelen
Ook met Rik praatte Arsenii, net als de andere kinderen, weinig over zijn lastige situatie. “En dat is ook goed”, legt Rik uit. “Want het was de bedoeling dat de kinderen tijdens deze activiteiten gewoon even zorgeloos konden spelen.” Daarnaast werden de kinderen door de activiteiten gestimuleerd om de boot te verlaten. Rik: “Net als hun Nederlandse leeftijdsgenootjes, zitten ook deze kinderen veel op hun mobieltjes. Soms moest ik daarom een beetje pushen: kom op jongens en meisjes, we gaan lekker even naar buiten.”
Een laatste potje
Inmiddels zijn de activiteiten afgelopen en dat vindt Arsenii heel erg jammer. “Want mijn vrienden hier gaan niet zo vaak naar buiten”, vertelt hij. Terwijl Rik toch altijd wel een groepje kon motiveren om met hem mee te gaan. Van een stuk of zes kinderen per keer tot soms wel vijftien. “Eigenlijk hoopte ik altijd dat er verder niemand mee zou komen”, geeft Arsenii nu toe. “Het liefst wilde ik namelijk alleen met Rik voetballen, maar helaas waren er altijd andere kinderen bij.” Maar dan is het interview afgelopen en verschijnt er een nieuwsgierige grijns op Arsenii’s gezicht. “Gaan wij dan nu nog even samen voetballen?”, vraagt hij aan Rik in foutloos Nederlands.
Complimenten leren met een maatje
Kinderen van 5 tot 16 jaar die in een lastige thuissituatie zitten, gepest worden of onzeker zijn kunnen wel wat steun gebruiken. Bij JIJ&IK krijgen ze een jaar lang een maatje. Een vrijwilliger of een stagiair komt één keer per week langs. Ze doen leuke dingen en het kind krijgt positieve aandacht en een luisterend oor. Ze leren complimenten geven, grenzen stellen en hoe je kunt omgaan met een probleem. In 2022 zijn 42 kinderen gekoppeld aan een maatje (student of vrijwilliger). Vrijwilliger Sophie vertelt in de nieuwsbrief van samenwerkingspartner Sterker waarom ze maatje is geworden.
KANSEN VERGROTEN
Er is veel te doen voor ouders (opvoeders) en hun kinderen in de stadsdelen van Nijmegen. Het gaat om activiteiten maar ook opvoedondersteuning. Brede School Coördinatoren helpen afstemmen. Ze werken samen met organisaties zoals het sportbedrijf, de GGD, buurtteams en scholen. Samen zorgen ze ervoor dat de ontwikkelingskansen van kinderen en hun ouders vergroot worden. Kinderen worden gestimuleerd en ouders voelen zich meer verbonden met de buurt.

Speeltuintjes safari
‘Spelen is leren’, is het motto van Spel aan Huis. Dat kan natuurlijk ook buiten. Daarom organiseerden we in juni een buitenspeeldag voor ouders en kinderen bij de speeltuin op de Staddijk. Ouders van het project Spel Aan huis krijgen meestal begeleiding aan huis. Nu konden ze elkaar ontmoeten en ervaringen delen tijdens een leuke dag. Voorafgaand aan deze speeldag waren de stagiaires al met hun gezin op verkenning geweest naar de speeltuinen en sportveldjes in de buurt. Als de ouders er mee bekend en vertrouwd zijn durven ze hun kinderen er ook te laten spelen.
Hét gezicht in de wijk
In 2022 werkten we achter de schermen hard aan een verandering. Die werd in 2022 werkelijkheid. We waren al in veel wijken actief onder de naam ‘Activiteitenplein’. Die hebben we veranderd in ‘Kinderwerk’. Dat past beter bij onze ideeën en manier van werken. En we kunnen beter aansluiten bij de vragen en wensen van kinderen, ouders en partners. We gaan meer werken op plaatsen waar kinderen zijn. Dus niet alleen op school of in het wijkcentrum, maar ook op straat, in speeltuinen en andere plekken. We blijven hét gezicht in de wijk voor ouders en kinderen.
